Una Pequeña Lección de Musica

by | 8 april 2024 | Club Kazoo #10

Ester Veldhuis, Labryénco en speciale gasten zullen Club Kazoo op 16 mei ondermeer trakteren op Chamamé, Zamba, Fado, Tango, Son Cubano en Flamenco. In deze blogpost een eerste kennismaking met de artiesten en genoemde muziekstijlen!

Al die muziekstijlen klinken exotisch en wellicht een beetje bekend, maar het leek ons leuk iets meer achtergrond te geven aan de muziek die je op deze bijzonder Kazoo-avond zal horen.

Chamamé

Chamamé is een unieke culturele uiting die zich ontwikkelde in de noordoostelijke Argentijnse provincie Corrientes. Het verwijst naar zowel een muziekstijl als een typische dans. Inmiddels is de Chamamé ook in andere Zuid-Amerikaanse landen zeer geliefd.

Het woord ‘Chamamé’ vindt zijn oorsprong in de lokale taal Guarani en het Spaans. In Guarani betekent het ‘Dansen in de regen’. De link met Spanje is waarschijnlijk de zeer belangrijke martelaar-heilige San Mamés.

Oorspronkelijk waren de viool en de vihuela (kleine soort gitaar) de basis voor de Chamamé. Later kwamen daar ook de gewone gitaar, de accordeon, de bandeon, de harmonica en de bas bij. De Chamamé-dans kent geen vastgelegde choreografie. Daardoor hebben de dansers de mogelijkheid en de vrijheid om te schitteren met hun eigen moves en ingevingen. Een belangrijk element van de Camamé is ‘sapukay’, een kreet waarmee blijheid, bedroefdheid, pijn en dapperheid wordt geuit, ondersteund door specifieke bewegingen.

Chamamé muziek en dans spelen een zeer belangrijke rol bij bijeenkomsten van families en (dorps)gemeenschappen, religieuze feesten. Het eert de waarden zoals liefde voor het land, de lokale flora en fauna en de harmonie tussen het menselijke, het natuurlijke en het sprirituele.

 

Zamba

Zamba

Zamba is een Argentijnse dans in 6/8 maat en gematigd tempo, afgeleid van de zambacueca. Uit de Spaanse liefdesdans de fandango ontstond rond 1824 in Peru de zamacueca ook wel zambacueca, mozamala of zanguaraña genoemd.

Vanuit Lima verspreidde de zamacueca zich naar de noordelijke provincies van Argentinië en werd daar ontwikkeld tot de zamba. De naam ‘zamba’ staat af van ‘zambo’, de koloniale benaming van afstammelingen van de Amerindiaanse en Afrikaanse bevolking. Omdat de teksten bedoeld waren voor deze ‘zambo’s’, kreeg de muziek de naam zamba.

De zamba is een van de meest gebruikte Argentijnse ritmes. Het is een langzaam, wat melancholiek aandoend, ritme en er wordt los van elkaar gedanst. In Argentinië wordt het element van hofmakerij benadrukt door het geraffineerde gebruik van zakdoekjes in de handen van beide dansers, waardoor de dans wel wordt beschreven als ‘een waarlijk choreografisch drama’.

De zamba kent een grote diversiteit aan thema’s – van personen en gebeurtenissen in de Argentijnse geschiedenis, politiek protest tot de schoonheid van een regio en haar vrouwen.
De ‘bombo legüero’ drum kent een prominente plek in de zamba.

Fado

Fado is het Portugese levenslied. Het is in Portugal een zeer gewaardeerde zangkunst die vroeger uitsluitend in armoedige kroegen werd gezongen. De stijl is rond 1830 ontstaan in de arme wijken van Lissabon: Alfama, Barrio Alto en Mouraria. Fado, afgeleid van het Latijnse ‘fatum’, betekent zoveel als lot, of beter gezegd: het noodlot, vertaald in muziek. Er is geen muzieksoort op aarde waarin melancholie en fatalisme zo worden gecultiveerd.

Over de muziek die ten grondslag ligt verschillende de meningen. Maar de Arabische en Braziliaanse invloeden zijn onmiskenbaar. De grote ster van de fado was Maria Severa, dochter van een kroegbazin en prostituee in de wijk Mouraria. In het begin werd de fado gezongen in de kroegen en bordelen en was een ‘fadista’ niet meer dan een veredelde landloper of zakkenroller. De fado werd toen geassocieerd met prostitutie, kroegen en misdaad. Rond 1900 vond de omslag plaats naar het ‘respectabel’ worden van de stijl, waarna ook dichters en intellectuelen aandacht kregen voor deze muziek.

Fado neemt een bijzondere plek in in het leven van vele Portugezen. Ze geeft stem aan de gemoederen van het leven, verdriet, melancholie, weemoed, ‘saudade’ en niet te vergeten de feeststemming. Amália Rodrigues wordt algemeen beschouwd als een van de belangrijkste en invloedrijkste fadozangeressen ooit.

Tango

tango

De Tango-muziek, nauw verbonden met de gelijknamige dans, is eind negentiende eeuw ontstaan in Argentinië en Uruguay. Kenners van de tangomuziek leggen de oorsprong ervan bij de Afrikaanse, Zuid-Europese, Slavische en Klezmer-muziek.

Tango-orkesten van de beginperiode waren vaak samengesteld uit fluit, viool en gitaar. Of werden gespeeld als solo’s door piano in bijvoorbeeld bordelen en cabarets. De oudste bekende tango is ‘El Entrerriano’ van pianist Rosendo Medizabal en werd geschreven rond 1890.

De grote groep Italianen (met name Napolitanen) die met de enorme immigratie uit Europa naar Buenos Aires komen beïnvloeden de tango met hun meer lyrische manier van vioolspelen en het melodische van het Napolitaanse lied. Invloeden die inmiddels niet meer weg te denken zijn uit de tango. Korte tijd later, waarschijnlijk rond 1910, arriveert de bandeon in Buenos Aires. Waarschijnlijk meegenomen door Duitse immigranten of zeelieden. Al snel wordt de bandeon het instrument en symbool van de tango.

Het jaar 1935 wordt gezien als het begin van het gouden tijdperk van de tango, gevolgd door een enorme creativiteit op elk front. De dans groeide uit tot één van de mooiste parendansen ter wereld. Er waren meer grote, geweldige orkesten dan je kon tellen, waaronder de orkesten van Anibal Troilo, Lucia Demare en Osvaldo Pugliese. In de jaren 50 zorgt de briljante bandoneonist Astor Piazzolla voor een aardverschuiving binnen de tango met zijn door jazz beïnvloedde ‘Tango Nuevo’. Een nieuwe stijl die hem door de tango-puristen zeer kwalijk wordt genomen. Maar de nieuwe tango-vorm slaat wereldwijd enorm aan en zorgt voor een nog grotere aandacht voor deze unieke muziek- en dansstijl.

Son Cubano

Waar de Son Cubano vandaan komt is geen raadsel, de naam zegt het al: Cuba. De Son is een muziek- en dansgenre dat eind 19e eeuw ontstond in Sierra Maestra, de hooglanden van Oost-Cuba. Rond 1910 wist de Son ook in Havana de harten en voeten te veroveren en in 1917 werden de eerste opnames gemaakt.

In het Spaans betekent het woord ‘son’ een aangenaam geluid, specifieker een aangenaam muzikaal geluid. In de begindagen werd de Son gespeeld met de gitaar, de Cubaanse tres-gitaar, claves (houten stokken), marimbula (houten doos met metalen strips), botija (aardewerken kruik) en maracas (kalebas gevuld met steentjes). Toen de Son zich verder ontwikkelde werd de instrumentatie uitgebreid met de bas, bongo’s, trompet en piano. 

In de Son zijn zowel de Spaanse als de Afrikaanse invloeden te horen. Aan de Spaanse kant de vocale stijl, de teksten en het gebruik van de ‘tres’, een afgeleide van de Spaanse gitaar. Aan de Afrikaanse kant de muzikale en ritmische tradities meegenomen door de Afrikaanse tot slaaf gemaakten: de ‘clave’ (het typische ritme van rumba, conga en de Son) en de percussie van bongo, maracas en andere ritme-instrumenten.  

Het project van het platenlabel World Music en Ry Cooder onder de noemer Buena Vista Social Club (vernoemd naar de wijk Buena Vista in Havana), maakte de Son Cubano in een klap wereldwijd weer ongekend populair. En terecht. Het is muziek die je raakt, ontroert en tegelijk doet wiegen en dansen.  

Flamenco

Spanje, en dan vooral Andalusië, staat onder andere bekend om de flamenco. Het is ontstaan uit een mix van verschillende culturen, zoals onder andere vanuit de Gitanos, ofwel de zigeuners en vanuit de Spaanse en Moorse cultuur. Er is overigens wel een verschil tussen de Flamenco van de Gitanos en de Flamenco van de Spanjaarden. De Flamenco van de Gitanos is over het algemeen makkelijker beluisterbaar met veel vrolijk gezang en gedans. De Spaanse Flamenco daarentegen is ingewikkelder te begrijpen en te volgen.

Over de directe oorsprong van de flamenco is weinig bekend, maar dat er door de eeuwen heen enorm veel culturen aan hebben bijgedragen staat vast. Zeker Andalusië en andere zuidelijke gebieden hebben een grote stempel op deze unieke muziek- en dansvorm gedrukt. Dat er zo weinig bekend is over de oorsprong van de flamenco komt omdat de muziek niet werd opgeschreven, maar via de generaties aan elkaar werden doorgegeven. Hierbij voegde elke generatie nieuwe elementen toe.

Het fundament van de flamenco is de zang, de ‘cante flamenco’. Daarbij komt vaak ritmisch geklop, bijvoorbeeld op tafels, met stokken of in de handen klappen. Muzikale begeleiding is standaard de Spaanse gitaar, andere instrumenten kunnen worden toegevoegd. De dans die bij Flamenco hoort, herken je vaak aan het ingewikkelde handen- en voetenwerk.

Er zijn verschillende soorten stijlen binnen de Flamenco. Zo heb je een wat vrolijker stijl (Alegrias en Tangos), een wat triestere en zwaardere (Soleares en Seguiriyas) en een stijl die die vaak voor feesten wordt gebruikt (Bulerias). Het verschil zit in hem niet alleen in verschil in ritme en snelheid, maar ook in de emotie.

El Camerón de la Isla, artiestennaam van José Monje Cruz was een van Spanjes bekendste flamencozangers van de tweede helft van de 20e eeuw. Zijn bijnaam El Camarón (de garnaal) kreeg hij vanwege zijn roodblonde haar, zijn magere lichaamsbouw en lichte huid. Hoe populair hij was bleek toen hij op zijn 41e overleed; meer dan honderdduizend mensen waren bij zijn begrafenis.

 

 

Andere verhalen over Club Kazoo no 10.

Fiësta Latina in het Tolhuis

Fiësta Latina in het Tolhuis

Donderdag 16 mei voeren zangeres Ester Veldhuis, gitarist/componist Alain Labrie en Amig@s ons mee op een muzikale avond vol poëtische verhalen uit de schatkist van Spaans- en Portugeestalige muziek. Wie staan er allemaal op het podium?

Tolhuis is the place to be

Steun live muziek in Amsterdam Noord!

Word lid van

Club Kazoo


Lid word je voor 130 euro. Als Lid krijg je voor je steun heel wat terug!

 

Agenda Club Kazoo


donderdag 16 mei

Estér y Alain y amig@s

en

Labryénco


donderdag 26 september

De Breek
& Vrienden

(onder voorbehoud)


donderdag 7 november

STAKENBURGKADE LIVE

een verrassende muziekavond samengesteld door Marc Stakenburg


donderdag 12 december

STEELY FAN

a true Steely Dan-experience

 


Club Kazoo

ambassadeurs

Jaap Boots (muzikant, schrijver, theatermaker); Erik de Jong (Spinvis), Lilian Veira (o.a van Zuco 103), Henk Hofstede (de Nits), Marc Stakenburg (schrijver, Music Trails); Jan Donkers (schrijver, radiomaker); Clous van Mechelen (componist, muzikant, producer) & Tim Knol. Lees hier meer over dit illustere gezelschap

Club kazoo nieuws
brief