Ted Russell Kamp

Ted Russell Kamp voegt Amerikaanse tradities samen

by | 28 oktober 2024 | Club Kazoo #12

Op vrijdag 15 november staat Ted Russell Kamp op het podium van Club Kazoo. We stuitten op een mooi interview met deze rasmuzikant. Met dank aan Chris Dekker van Magazine De Bassist.

 

Artikel uit Magazine De Bassist

Ted Russell Kamp noemt zichzelf ‘muzikant’, maar hij is producer, singer-songwriter en een van de meest gevraagde bassisten in de Amerikaanse countrywereld.
Zo is hij de vaste muzikale partner van Shooter – zoon van Waylon – Jennings. Uniek zijn zijn solo-optredens met bas en dan is er nog iets met een DHZ-zaak in Heerhugowaard.

We bellen met Ted in LA, waar hij vroeg is opgestaan om in zijn studio – The Den – te werken. Natuurlijk willen we weten of Kamp een Nederlandse naam is?
‘Jazeker. Ik heet Theo Kamp, mijn vader vertrok na de oorlog naar New York en daar ontmoette hij mijn Amerikaanse moeder. Ik heb veel familie in Nederland en heb contact met ze, zeker als ik in Nederland speel. Ik heb roots in Hoorn. Ik was ooit bij een doe-het-zelf-zaak van familie in Heerhugowaard die Kamp heet.’

Hoe ben je met de bas in aanraking gekomen? ‘Ik begon al vroeg met trompet, ik vond dat te gek, en speelde in allerlei bands. Een paar jaar later zag ik een elektrische bas. Ik pakte hem en werd verliefd. Ik vertelde dat aan mijn ouders en kreeg er een voor mijn verjaardag. Ik ging met mijn moeder naar de muziekwinkel en godzijdank raadde de verkoper een Fender P aan. Daar speel ik nog steeds op. Ik hield van het laag, de melodie. In de winkel probeerde ik Walking On The Moon van The Police uit te zoeken. Ik speelde er elke dag uren op. Ik speelde met albums mee en begon in bandjes te spelen.

De bas heeft zo’n mooie rol in de band. Je voelt het. Als je in een bar een goede band ziet, maar de mensen dansen niet, dan ligt het meestal aan de bassist. De feel is zo belangrijk! De drummer geeft de tijd aan, de gitaar duwt een beetje, de zang mag lekker vrij getimed zijn en als bassist moet je dan bepalen waar je dan gaat zitten en wat je speelt om alles aan elkaar te lijmen. Daarmee heb je als bassist toch een leidende rol.

Ik hou van melodieuze bassisten als James Jamerson, Sting, Paul McCartney en Carl Radle (Derek & The Dominos). Soms spelen ze simpel en soms brengen ze een song tot leven met een tegenpartij of melodie.

Ted Russell Kamp

Ted Russell Kamp

Klopt het dat blaaspartijen en baspartijen vaak iets van elkaar weg hebben?
‘Inderdaad. Als blazer kan je melodieus denken, gewoon grove, maar ook tegenmelodieën en solo-achtige partijen spelen, net als een bassist dat doet.’

Je begeleidt jezelf vaak alleen met bas. Is zingen en bassen tegelijk makkelijk voor je?
‘Ik begon er meteen mee, maar vaak speelden we simpele muziek zodat ik me op de zang kon focussen. Met de jaren ben ik beter geworden en kan ik meer ingewikkelde partijen spelen en zingen. Het wordt een tweede natuur.

Naast bassen doe je nog een hoop andere dingen: produceren, schrijven, optreden.
‘Ik hou van de afwisseling. De ene keer doe ik een solotour, dan leid ik een band, soms schrijf ik nummers. Een van de leukste dingen is om een soloalbum qua stijl te vervolmaken. Moet het simpel of richting een bepaald genre? Het is te gek om verschillende dingen te doen en er van te kunnen leven. Ik hou er van om veel te werken en mezelf uit te dagen met verschillende projecten. Teveel van hetzelfde is nooit goed.’

Zelf blijf je met je muziek min of meer in een bepaald genre. Is het daarom fijn dat je andere bands met andere stijlen kan produceren?
‘Ja, ik weet inmiddels goed hoe je iets op een bepaalde manier kunt laten klinken. Het is voor mezelf soms lastig om binnen het genre te blijven. Ik las een quote van Buck Owens, die gewoon niets anders wilde dan country spelen. Dat is helder en duidelijk. Ik voeg er graag andere elementen aan toe, zoals Stax-blazers of een New-Orleans-sound. Ik heb in zoveel verschillende bands gespeeld: van een cover-band tot een jazztrio – op contrabas – of en New Orleans-band en dat allemaal binnen een week.

Met mijn albums probeer ik zo eclectisch mogelijk te zijn. Ik voeg alle Amerikaanse tradities samen, een beetje à la The Band. Het is mooi als artiesten van genre naar genre kunnen gaan met toch een herkenbare sound. Toen ik The Last Waltz van The Band ontdekte was ik geschokt en het veranderde mijn leven. Mijn albums zullen als kern altijd de country hebben, maar Bob Dylan en The Band lieten zien dat je klassieke storytelling op veel manieren kunt verpakken, van funky tot ‘New Orleans’ tot ‘Memphis’. Maar het gaat allemaal om de songs. Ik gebruik graag de klassieke sounds zoals gitaar, bas, drums, Wurlitzer en Hammond.’

Je vertelde dat je aardig wat bassen hebt. Ben je een vintage-freak?
‘Nee, maar dat komt eigenlijk omdat goede vintage bassen onbetaalbaar zijn. Ik speel veel op mijn Fender P uit de jaren tachtig, die je bijna vintage kan noemen. Ik heb een Rickenbacker en wat Höfner-kopieën omdat die die typische sound met plectrum geven. Een van mijn favorieten is de Gibson Thunderbird. Je ziet ze veel bij metal en daardoor krijg je misschien een verkeerd beeld van de bas, want de T-bird kan juist heerlijk mellow en breed klinken. De ultieme opneembas.’ Copyright Chris Dekker – Magazine De Bassist – december 2020

Meer over Ted Russell Kamp

Extra informative op de site van De Bassist 

 

Tolhuis is the place to be

Steun live muziek in Amsterdam Noord!

Word lid van

Club Kazoo


Lid word je voor 130 euro. Als Lid krijg je voor je steun heel wat terug!

 

Agenda Club Kazoo


donderdag 15 mei

De eerste Kazoo-avond van 2025


 Donderdag 18 september

Biggles big band


donderdag 11 december

Soulmania


Club Kazoo

ambassadeurs

Jaap Boots (muzikant, schrijver, theatermaker); Erik de Jong (Spinvis), Lilian Veira (o.a van Zuco 103), Henk Hofstede (de Nits), Marc Stakenburg (schrijver, Music Trails); Jan Donkers (schrijver, radiomaker); Clous van Mechelen (componist, muzikant, producer) & Tim Knol. Lees hier meer over dit illustere gezelschap

Club kazoo nieuws
brief